Deze ochtend gaan we de leerkrachten leren werken met het NISS, Newman Information Sharing System. Onze implementatie van moodle. Wanneer we aankomen op het Newman merk ik dat ik mijn harde schijven vergeten ben in Aqua Lodge 5 minuten later merkt Jeroen dat hij een switch uit aqua lodge nodig heeft. Nog eens 5 minuten later zit ik achterop een pickey pickey die naar aqua lodge racet achter ons gerief.
Terwijl we de projector aan het opzetten zijn komt de bib-guy bij mij. Hij vraagt of ik een extra veld wil maken in het bibprogramma waarin hij kan ingeven in welke rij het boek staat. Ik vind dat fantastisch nieuws: Dat wil zeggen dat hij er mee gewerkt heeft en zin heeft om er nog mee te werken. Ik voeg het extra veld toe en de bib-guy is zeer content.
De voorstelling loopt ook zeer goed. De leerkrachten snappen hoe het werkt en zijn er content van dus wij zijn ook content. 🙂
Namiddag: een kapotte usb-stick dissecteren en tevergeefs proberen te vermaken. Nkora zijn computer configureren en vloeken op een dell die Jens meegebracht heeft.
‘s avonds doe ik mijn was bij het meer. Water haal je uit het meer en je laat je kleren drogen op het strand. Paradise. Ben komt mij vergezellen. Logischerwijze begint er weer een zeer interessant gesprek. Hij vertelt dat hij eigenlijk veel coolere en fundamentelere dingen onderzoekt dan enkel het effect van global warming op het meer. Hij kadert echter alles wat hij doet in het groter geheel van global warming omdat dat een thema is dat aanslaat. Voor het echte fundamentele nerd-onderzoek is het zeer moeilijk om geld en steun te krijgen. Heb je het over “global warming” dan staan mensen te springen om jou te sponsoren.
Een van de meer fundamentele delen is een zeer theoretisch onderzoek over biologische systemen. Je heb 2 soorten organismen in een systeem: De producenten en de consumenten. De producenten maken zuurstof en organisch materiaal (bv: een boom). De consumenten verbruiken zuurstof en organisch materiaal (bv: een mens). De consumenten kunnen niet leven zonder producenten. Daarom zijn er in de meeste systemen meer producenten dan consumenten. Tot op vandaag zijn er nog geen systemen bekend waar er meer consumenten zijn dan producenten. Ben wil daar verandering in brengen. Er zijn tekenen die er op wijzen dat er in Kigoma bay meer consumenten zijn. Ben wil ahv het zuurstofgehalte in het water bewijzen dat het hier wel degelijk zo is.
Zuurstof word overdag geproduceerd door oa algen in het water. Het zuurstofgehalte stijgt dus. ‘S nachts is er echter geen zonlicht, en om zuurstof te maken heb je zonlicht nodig. Maar vissen ademen ook ‘s nachts, waardoor het zuurstof daalt. Ahv de zuurstof kan je dus aantonen dat er meer producenten dan consumenten zijn. Word er s’ nachts meer zuurstof verbruikt dan er overdag aangemaakt word, dan zijn er meer consumenten.
Natuurlijk is het bijlange niet zo simpel als mijn uitleg doet vermoeden. Er zijn nog veel andere factoren die het zuurstofgehalte beinvloeden zoals bv de temperatuur van het water. Om te vinden welk deel van de zuurstof van organismen komt moet Ben een model maken dat rekening houd met alle beïnvloedende factoren. Veel werk en niet simpel…
Toen ik Ben het eerst vroeg wat hij hier deed zei hij “reseach about the influence of climate change on the lake”. Ik had toen helemaal niet verwacht dat hij zich met zo’n cool en interessant onderzoek zou bezighouden. Hij vertelt dat hij dat reclamezinneke zegt “because most people don’t care about the oxygen in the water”. Of “hoe een mens zichzelf wegcijfert om toegankelijker te zijn”
PS: Een systeem met meer consumenten dan producenten kan wel degelijk niet blijven bestaan op zichzelf. Er moet altijd een input zijn vanuit een ander systeem. Hier zou dat komen doordat er veel organisch materiaal in het meer spoelt tijdens het regenseizoen.